


























26 maart | |
Ochtenddienst | |
5e zondag 40-dagentijd | |
26 maart | |
Avonddienst | |
19 maart | |
Ochtenddienst | |
3e zondag 40-dagentijd Doopdienst | |
19 maart | |
Avonddienst | |
12 maart | |
Ochtenddienst | |
3e zondag 40-dagentijd | |
12 maart | |
Avonddienst | |
08 maart | |
Avonddienst | |
Biddag voor gewas en arbeid | |
05 maart | |
Ochtenddienst | |
2e zondag veertigdagentijd internationale dienst met Aniek Smit en Jeugd met een Opdracht | |
05 maart | |
Avonddienst | |
26 februari | |
Ochtenddienst | |
1e zondag veertigdagentijd | |
26 februari | |
Avonddienst | |
Toon meer diensten |
2018- Bij de maand september
ONZE KERK(ERE)DIENST: ben ik wel waardig?
Rondom de viering van de Maaltijd van de Heer (ook wel Avondmaal genoemd), is veel te doen geweest…. en nog! Wie mag de tekenen van brood en wijn ontvangen? Staat daar een leeftijd voor? Is het een voorwaarde om ‘belijdenis te hebben gedaan?’ Moet je het waard (waardig) zijn?
Dat laatste wil zeggen: heb je niet teveel ‘op je kerfstok’ om bij de avondmaalstafel weggestuurd te worden: dit is niet voor jou, dit heb je niet verdiend. Maar wie zou er dan wel aan durven gaan? Wie is zonder zonde? Wie denkt van zichzelf, het avondmaal waard te zijn?
Toch gelden niet in alle kerken dezelfde regels. Soms wordt nadrukkelijk aangegeven ‘wie wel en wie niet’ welkom zijn: je moet belijdend lid zijn of in elk geval 18 jaar of ouder. Kinderen mogen niet deelnemen, ook al hebben ze een kinderlijk geloof. Gemeenteleden konden ook bij hun kerkenraad aangeven bezwaar te hebben tegen iemands deelname. Dat heet ‘censura morum’ , waarbij de kerkenraad onderzoek doet naar eventuele misdragingen van een gemeentelid in verband met de eerstkomende viering van het Heilig Avondmaal. In vroegere tijden (en hier en daar nog) zaten er tafelwachters, die ‘onwaardige’ mensen, mensen die onder ‘censuur’ stonden en toch aan tafel wilden gaan, terugstuurden.
‘Want wie eet en drinkt, eet en drinkt tot zijn eigen oordeel, als hij het lichaam niet onderscheidt.’
Dat is wat Paulus in 1 Korinthe 11:29 (NBG vertaling) heeft geschreven.
Deze tekst heeft veel mensen weerhouden om deel te nemen aan de Maaltijd van de Heer. Zij lopen liever geen risico iets verkeerds te doen. Daaraan vooraf gaan de verzen 27 en 28:
‘wie dus op onwaardige wijze het brood eet of de beker van de Heer drinkt zal zich bezondigen aan het lichaam en bloed van de Heren. Maar ieder beproeve zichzelf en eet van het brood en drinkt uit de beker’
Onwaardig eten, wat wordt daarmee dan bedoeld?
Toch deelnemen aan het avondmaal, terwijl je dat niet waard bent? Zo wordt dit wel opgevat.
Maar dat is niet wat de tekst bedoelt te zeggen. Want het gaat niet om waardig of onwaardig ‘zijn’, maar om onwaardig ‘doen’.
Er is een groot verschil tussen een onwaardige persoon of iets op een onwaardige wijze doen.
Wat ‘op een onwaardige wijze eten van het avondmaal’ is, lezen we in 1 Korinthe 11:
‘Wanneer gij dan bijeenkomt, is dat niet het eten van de maaltijd des Heren; want bij het eten neemt ieder vooraf zijn eigen deel, zodat de een hongerig is en de ander dronken.
Hebt gij dan geen huizen om te eten en te drinken? Of minacht gij zozeer de gemeente Gods, dat gij de behoeftigen beschaamd maakt? Wat zal ik tot u zeggen? Zal ik u prijzen? Op dit punt prijs ik niet.’
We kunnen het ons misschien moeilijk voorstellen, maar er waren in Korinthe gelovigen, die al heel vroeg naar het avondmaal gingen, zodat zij het eerst aanwezig waren. Zij aten dan het grootste deel van het brood op, dat ook voor anderen en voor het gedachtenismoment bestemd was en dronken de gereed staande wijn op. De armen, die langer hadden moeten werken, vonden een lege tafel. Dat was niet de bedoeling en was ook niet in overeenstemming met het heilige moment aan het eind, waarbij met brood en wijn gedacht werd aan wat Jezus voor hen had gedaan.
Maar onwaardig is niemand, in de betekenis van: het niet waard zijn.
‘Want God had de wereld zo lief dat Hij zijn enige Zoon heeft gegeven, opdat iedereen die `in Hem gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.’ Johannes 3, 16
Jezus zelf zegt dat Hij gekomen is om het verlorene te zoeken en te behouden. Gezonde mensen hebben geen dokter nodig, zieke mensen wel. Jezus is de dokter voor wie ziek zijn, zijn hulp nodig hebben en dat ook toegeven. Je hand uitsteken naar het brood en de beker is daarvan een teken.
‘Heer, ik ben het niet waard dat Gij komt onder mijn dak, U hoeft alleen maar te spreken en mijn slaaf zal genezen’ Mattheüs 8, 10
Woorden van een Romeinse militair, die bij Jezus komt met het verzoek zijn slaaf te genezen. Hij is in mensenogen een ‘onwaardige’ (heiden, Romein, bezetter) man, maar blijkbaar iemand met een diep respect voor Jezus en een groot vertrouwen in zijn macht.
Zulke mensen zijn welkom en mogen hun hand uitsteken naar brood en beker. Daarbij wordt niet gevraagd naar onze leeftijd en ook niet naar kerklidmaatschap of belijdenis. De Heer nodigt ons aan zijn tafel, wie zou mensen willen/durven verhinderen, terugsturen of om de leeftijd geen toegang willen verschaffen.
‘kom allen tot mij’, is het appèl dat bij iedere avondmaalsviering klinkt. Elk die wil mag komen! Mooi dat wij bij onze avondmaalsvieringen een moment kennen, waarin wijzelf de Heer antwoord geven op Zijn uitnodiging, door het beantwoorden van enkele vragen. Voor veel mensen een eerste geloofsbelijdenis of een vernieuwing daarvan.
J.M. Weststrate
Bovenzaal
Aanvang: 19:00 uur.
Achterkamer
Aanvang: 19:30 uur.
Huiskamer
Aanvang: 20:00 uur.
Bovenzaal
Aanvang: 20:00 uur.
Kerkzaal
Aanvang: 19:30 uur.
Kerkzaal
Aanvang: 19:30 uur.
Huiskamer
Aanvang: 10:00 uur.
andere locatie
andere locatie
andere locatie
Huiskamer
Aanvang: 19:30 uur.